Advertentie
Als techneuten kijken we natuurlijk als eerste naar de techniek. Daarbij is zichtbaar dat deze broertjes dezelfde moeder, maar een andere vader hebben. Bij de Pro heeft Xiaomi gekozen voor een technisch hart dat afkomstig is van Qualcomm: de vrij recent geïntroduceerde Snapdragon 7 Gen 2. Deze chip is voorzien van acht cores. Hij is volgens het big.little-concept opgebouwd en bestaat uit vier grote Cortex-A78-cores op 2,4GHz en vier eenvoudigere A55’s op 1,95GHz. Voor de grafische aansturing van het scherm wordt een Adreno 710 ingezet. Deze chip loopt in een van de chipfabrieken van Samsung van de 4nm-band. Opvallend is dat de 128GB- en 256GB-versies van dit model gebruikmaken van LPDDR4. De variant met 512GB heeft LPDDR5. Het opslagmedium wordt aangestuurd via het relatief trage UFS 2.2.
Als we vervolgens de Pro+ erbij pakken, treffen we techniek van MediaTek aan, in de vorm van de Dimensity 7200 Ultra. Deze chip telt eveneens acht cores en volgt daarbij ook het big.little-concept. Toch heeft MediaTek hier voor een andere opbouw gekozen. Waar bij de Snapdragon de verdeling 50/50 is, heeft dit model twee grote en zes ‘little’ cores aan boord: twee A715’s op 2,8GHz en zes stuks van het type A510. Voor de grafische techniek heeft MediaTek een Mali-G610 ingezet. Deze soc wordt door TSMC in het 4nm-proces geproduceerd. Bij dit model tref je in alle varianten UFS 3.1 en LPDDR5 aan.