Advertentie
De iPhone 16 is de instapper van de nieuwe reeks. Althans, ‘instapper’: de vanafprijs is zo’n 1.000 euro. Dat kunnen we met geen mogelijkheid goedkoop noemen, het is simpelweg een fikse prijs.
Voor dat geld krijg je een relatief compact toestel. De 16 is de Benjamin van de reeks, die naast dit model ook de 16 Plus, 16 Pro en 16 Pro Max omvat. Het instapmodel wordt nog steeds - overigens net als de nieuwe Pixels - met een zeer kleine hoeveelheid opslagruimte geleverd. Daarmee bedoelen we 128 GB, en naar onze mening kan dat anno 2024 echt niet meer. Zeker met de lange ondersteuningsperiode in het achterhoofd loop je best kans om gedurende de levensduur van dit toestel tegen beperkingen in je opslagcapaciteit aan te lopen. Hoewel Apple als vanafprijs voor de nieuwe iPhone 969 euro hanteert, vinden wij dat de échte vanafprijs 1.099 euro is, want dat betaal je voor de 256GB-variant. De grotere Plus is nog 150 euro duurder.
De ‘gewone’ 16 onderscheidt zich op een paar punten van de Pro. Zo krijg je bij dit zeker niet goedkope toestel slechts twee camera’s aan de achterkant: een groothoek en een ultragroothoek. De Pro voegt daar een camera aan toe die als telelens fungeert. Je kunt wel inzoomen en macrofoto’s maken met een 16, maar hier worden algoritmes voor gebruikt en daarvan is het resultaat doorgaans minder mooi dan beeld dat met een echte sensor is gemaakt.
Daarnaast is de Pro voorzien van een Apple A18 Pro-chip, die nog wat vlotter is, en krijg je de beschikking over een snellere USB-C-aansluiting die ook kan worden gebruikt om beelden direct bij het filmen op een externe ssd op te slaan. Dat laatste is geen overbodige luxe voor filmers, als je bedenkt dat een grotere opslagcapaciteit bij een iPhone een kostbare zaak is. Zo kost een iPhone 16 met 512 GB 1.499 euro en voor het topmodel, de Pro Max met 1 TB, betaal je 1.979 euro.