Advertentie
De behuizing van de Edge 1050 is nieuw ontworpen. Eerdere Edge-modellen hadden vooral zachte afgeronde hoeken, de 1050 niet. De hoeken zijn in elke richting scherper, wat de fietscomputer een stoer uiterlijk geeft. Volgens de specificaties is de 1050 dunner dan zijn voorganger (16,3 voor de 1050 versus 20,0 mm voor de 1040), maar dat is niet correct. Leg de verschillende modellen naast elkaar en het is duidelijk te zien dat de 1050 de dikste van de drie is. Garmin heeft aan de zijkant gemeten, terwijl de 1050 aan de onderkant niet vlak is maar naar het midden nog flink oploopt, tot uiteindelijk 22,3 mm.
Garmin had deze extra ruimte vermoedelijk nodig voor een grotere accu, om ondanks het minder energiezuinige lcd-scherm toch een acceptabele gebruiksduur te halen. In de standaard modus houdt de Edge 1050 het tot 20 uur vol, in de energiebesparings-modus tot 60 uur. De voorganger, de 1040 met tft-scherm kwam tot respectievelijk 35 en 70 uur, waarbij de werktijd in de standaardmodus dus toch bijna het dubbele is. Voor de meeste fietsers is 20 uur echter zeker genoeg.
Anders dan van de Edge 1040 en Edge 840 is er van de Edge 1050 geen Solar-editie. Daarbij wordt tijdens het gebruik via een zonnecel in het scherm de batterij van de fietscomputer bijgeladen. Of er nog wel zo’n Solar-versie komt is onbekend.
Behalve dikker is de Edge 1050 ook zwaarder geworden, met 161 versus de 126 gram van zijn voorganger. Een voor de meeste fietsers verwaarloosbaar en niet relevant verschil, maar voor de carbon-enthousiast die duizenden euro’s extra uitgeeft aan een fiets die een paar gram lichter is, is het vermoedelijk een hard gelag.
